De nutteloze hardloper in Corona tijd

Ik ben een loper. Misschien ook wel een nutteloze loper. Al 15 jaar ‘train’ ik. Tsja, voor wat? Eigenlijk altijd met het doel ooit met gemak 5.30 te lopen, maar de jaren verstrijken en het gemak blijft uit. Nu mijn leeftijd de 50 heeft aangetikt lijkt het doel een illusie te worden. Maar ja, wat is mis met dromen?

Uren aan een stuk loop ik wel, richting Schoorl, CPC, Maastrichts Mooiste en zowaar de Marathon van Rotterdam en New York. Het liefst loop ik alleen, op het strand, langs de Rijn en in het voorjaar door de bollenvelden. Zo ook dit voorjaar na maanden van blessures. Eerst Schoorl in Februari gewoon weer voor het gevoel, dan de Halve van Leiden in Mei met als doel onder de 2.00 uur en daarna het serieuze werk richting de Marathon van Berlijn. Het liep een beetje anders. In het weekeinde van Schoorl blies de wind alle voorbereidingen weg en werd er terecht niet gelopen. De Marathon van Leiden is inmiddels afgelast. Berlijn? Ik weet het nog zo net niet.

En tsja, wat dan nu? Ik lees de Runners en geniet van het gedicht van Dolf Jansen met als titel “Het gaat om… “  

Het gaat om wind in je gezicht, Dat eerste ochtendlicht….

Het gaat om donker, beetje maan, Om ’s avonds laat maar toch gegaan … 

Het gaat niet om wie de snelste schoen kan kopen, Het gaat uiteindelijk , altijd, alleen om lopen (Runners, april 2020)

Och Dolf, het is zo waar wat je schrijft! Vooral dat ‘toch gegaan’ raakt een snaar.  Het is alleen….die loopjes helpen mij om toch te gaan, om een schema te volgen, om niet te luisteren naar mijn eigen ‘ja maar’. In dit Corona-tijdperk kan ik daar dus niet op varen. 

Hoe deze tijd nuttig te besteden? Laten we het er op houden dat ik me nog in de experimenteerfase begeef. De Amerikaanse workouts via internet beloven mij een strakke core en fenomenaal calorieverbruik. Ik wantrouw deze beloftes terwijl ik in de woonkamer voor mijn laptop sta te springen en kijk naar een trainer met veel te witte tanden terwijl hij met zijn glanzend geolied lichaam zijn te grote spieren showt. Maar goed, het is eens wat anders, en dat wordt toch altijd gezegd, dat variatie in het sporten je verder brengt? 

Ik doe de intervaltrainingen nu op een verlaten parkeerplaats. Even wennen, opeens een andere plek, mijn routine is weg. Maar, het biedt voordelen. De parkeerplaats lijkt met fantasie op de atletiekbaan, alleen dan langer en er is niemand te zien. Ik loop ook de loopjes die ik altijd loop, toch het meest vertrouwd. Met een beetje kienen kom ik weinig mensen tegen, kan ik wegdromen, over de tijd dat Corona weer uit ons leven is, dat ik weer kan lopen naar een loopje toe. Maar het gedicht van Dolf blijft me ook op deze loopjes achtervolgen, dichterbij dan de noodzakelijke 1,5 meter…uiteindelijk gaat het alleen om het lopen;)